Elk jaar schrijf ik er een stukje over.
Dat ik stopte met drinken op 22 oktober 2012.
En het daarna nooit meer gedaan heb.
Elk jaar is het langer geleden, en elk jaar kan het me eigenlijk minder schelen.
Natuurlijk ben ik dolblij dat het me gelukt is en dat ik de kans kreeg mijn leven totaal anders in te richten (iets waar ik nog steeds mee bezig ben), maar het niet-drinken is volkomen normaal geworden.
Geen big deal meer.
Elk jaar vierde ik een kleiner feestje, misschien wel omdat ik het grotere feest sowieso elke dag al vier, en vandaag was ik het zelfs bijna vergeten.
Ik schreef die stukjes een beetje voor mezelf, maar vooral voor anderen.
Stoppen met drinken (en roken en blowen) heeft me totaal veranderd, en die boodschap is de moeite waard om te delen, denk ik.
Toen ik nog alcoholist was deden die ‘succesverhalen’ me weinig, of ik voelde me er ronduit ongemakkelijk bij, maar er kwám een moment dat het idee om niet meer afhankelijk te zijn sterk genoeg was om de gok te wagen, de stap te zetten.
In het onbekende te springen.
Twaalf jaar geleden stopte ik, op een koude zondag waarop ik met de gordijnen dicht knetter stoned en beneveld een beroerde actiefilm met Steven Seagal keek, en me realiseerde dat ik dit niet nog één dag langer wilde of kon doen.
Het was verre van makkelijk (en dan druk ik me mild uit) en er waren heel veel momenten dat ik weer terug wilde kruipen in de fles, en ook de jaren daarna bleek het stoppen zelf geen magische oplossing voor alles te zijn.
Maar kennelijk was het écht klaar, en ik er echt klaar voor.
Twaalf jaar zonder drank dus.
Mijn nieuwe normaal.
Maar stiekem is het best een wonder.