“Maar wat moet ik dan doen als ik over twee weken weer in die situatie terechtkom? Hoe moet ik ermee omgaan? Heb je tips?”
Het is een vraag die me keer op keer gesteld wordt tijdens de coaching.
Ooit ging ik er diep op in en praatten we over verschillende mogelijkheden.
Dat hielp, in zekere zin, maar alleen omdat het de actuele onrust verbloemde met een schijnbare oplossing voor de toekomst.
Het suste.
Maar tegelijkertijd hield het de échte issues in stand:
Ik wil me niet ongemakkelijk voelen.
Ik houd niet van niet-weten.
Ik wil voorbereid zijn zodat ik niet overweldigd raak en gebruik kan maken van kant en klare antwoorden die netjes voor me klaarliggen.
Op een gegeven moment kwam de realisatie dat het praten over problemen die er niet zijn, die er nú niet zijn, vrijwel zinloos is.
Ik bewijs mensen er geen duurzame dienst mee.
En dus is mijn antwoord tegenwoordig anders.
“Laten we ons niet bezighouden met wat er niet is.”
Wat je over twee weken moet doen als de situatie zich weer aandient, ligt niet vast, het is een momentopname, en de creatieve vruchtbaarheid zit ‘m niet in pasklare oude ideeën, maar in het moment zélf.
Wat je over twee weken doet is wat je over twee weken doet, in dat toekomstige nu, als alle variabelen duidelijk zijn en je fris kunt reageren.
Alle honderdduizend mogelijkheden van tevoren doornemen líjkt zinvol, maar zorgt alleen maar voor verwarring en verstarring.
Het enige wat nodig is, is een relatief helder hoofd, een zekere mate van neutraal vertrouwen, en de realisatie dat je al honderden keren door allerlei shit bent heen gekomen en dat ook dit keer weer zal lukken.
Het is niet echt een tip, maar het is wel het meest waarachtige wat ik kan delen.
—
(Foto door @hanneskrupinsk, voor Unsplash)