Spiritueel ontwaken is minder leuk dan het lijkt.
In een enkel geval blaast het de identificatie met lichaam en geest volledig weg en blijft er niets anders over dan moeiteloze, vredige acceptatie.
Dat is de verlichting die we kennen uit de verhalen.
Maar het is een uitzondering.
Voor de meeste mensen is het een jarenlang proces van onthutsende verwarring, zoete momenten van diepe inzichten, vallen, en weer opstaan.
Het ene moment ben je volledig uitgezoomd en is niks een probleem; het volgende speelt je programmering keihard op en ben je weer helemaal terug in het spel van mens-zijn, met alle problemen van dien.
En dat dan jarenlang, op en neer.
Daar hoor je maar weinig over.
En toch is het de meest voorkomende manier waarop ontwaken plaatsvindt.
Vanuit een absoluut (eenheids)perspectief is er geen pad, geen leercurve, en geen gestaag wegvallen van je oude overtuigingen, maar daar heb je als persoon weinig aan.
Veel respectvoller, realistischer en praktischer is het relatieve perspectief, waarbij bewustzijn zich geduldig door alle lagen van conditionering heen werkt, terwijl je nog steeds je dagelijkse rol in de wereld vervult.
Je verliest het contact met je menselijkheid niet, en alles wat je onbewust heeft bewogen en gestuurd komt nu bloot te liggen.
Oude pijn komt op, diepe overtuigingen laten zich genadeloos zien, en er zit niks anders op dan alles met zachtheid te omvatten en doorvoelen.
Dat is, zoals ik al zei, minder leuk en definitief dan het lijkt, maar het is een gegeven en het kan een hoop schelen als je dat weet.
Ontwaken is niet het ontstijgen van je menselijkheid, maar juist het voluit vieren ervan.
Het is een gestage versmelting van de verschillende perspectieven, waarbij de persoonlijkheid steeds transparanter en minder dwingend wordt.
Gelukkig voelt het af en toe fantastisch bevrijdend, en word je steeds bedrevener in de acceptatie van het onvermijdelijke.
—
(Foto door @aaqiibrasool, voor Unsplash)